Spoorzoeker 4 – Jaargang 24
Wapens centraal in nieuwe aflevering Spoorzoeker
Nulanders in de Eerste Wereldoorlog
Over het Nuland tijdens de Tweede Wereldoorlog is al veel geschreven. Dat is veel minder het geval als het over de Eerste Wereldoorlog gaat. In de nieuwe Spoorzoeker besteedt heemkundewerkgroep Nuwelant voor het eerst aandacht aan deze periode. De impact was binnen het neutrale Nederland natuurlijk veel minder, maar desondanks ging de oorlog niet zonder meer aan de Nulanders voorbij.
Zo worden kort na het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog regelmatig op zondag schietoefeningen voor de mannelijke bevolking van Nuland gehouden. Ook wordt een ruimte in het Sint Martinushuis beschikbaar gesteld voor verpleging van eventuele gewonden. Er worden tien bedden in de zaal opgesteld.
Ook ontvangen diverse Nulandse jongens een oproep om zich bij hun legeronderdeel te voegen. Sommigen krijgen vrijstelling omdat ze thuis niet gemist kunnen worden, maar de meesten komen er niet onderuit. In deze Spoorzoeker besteedt Ad van den Bosch aandacht aan enkelen van hen, waaronder Jan van der Biezen, Has van de Meulenreek en Driek Westerlaken.
Nulands wapen
‘Nuland mag trots zijn op zijn wapen’, klinkt de titel van het artikel over een mogelijk dorpswapen voor de gemeenschap Nuland. Auteur Martien Veekens doet in het uitgebreide artikel een voorstel voor zo’n wapen dat gebaseerd is op het oude gemeentewapen van Nuland. Dat gemeentewapen werd in 1992 een historisch relict, toen de voormalige gemeente Nuland opging in het nieuwe Maasdonk.
Tot slot bevat de nieuwe Spoorzoeker een artikel over de relatie tussen Nuland en haar buurgemeenten in de negentiende eeuw. In deze artikelenreeks draait het dit keer om de gezamenlijke strijd tegen het water.