Spoorzoeker 3 – Jaargang 22
Hard werken en weinig verdienen
‘Van hard werken is nog nooit iemand slechter geworden’. Typisch zo’n uitdrukking die met name oudere mensen nog wel eens willen gebruiken. En, bogend op een leven van hard werken, weten zij vaak waarover ze praten. Dat gold in ieder geval voor Jan en Mie Phlipse-van der Pas. Hen lukte het om met hard werken op te klauteren van armoede naar een kwalitatief goed leven. In de nieuwe Spoorzoeker van heemkundewerkgroep Nuwelant staat het leven van Jan en Mie centraal.
an en Mie betrokken na hun huwelijk in 1922 een kleine boerderij aan de Oude Baan, tegenover de Driekoningenstraat. Het was een eenvoudig onderkomen, waar later ook hun drie dochters opgroeiden. Jan hield er enkele varkens en had er een stukje grond waarop rogge, haver en aardappelen groeiden. Het leverde slechts een beetje geld op, maar dat was ook niet zo erg. Jan verdiende zijn geld vooral als voerman. Dat deed hij al toen hij nog een tiener was. Jan reed de booijkar – een soort besteldienst – en bracht met de romkar melk naar de fabriek. Met paard en kar vervoerde hij bovendien goederen voor iedereen die daarom vroeg. Toen de vrachtwagens zich aandienden, stopte Jan met zijn dienst en ging als grondwerker aan de slag bij de kanalisatie van het riviertje de Aa.
Ook Mie wist wat werken was. Ze deed het huishouden en was daarna vele uren in de weer met naai- en herstelwerk. Haar administratie hield ze bij op de binnenkant van de kastdeur: een kwartje te goed van Han Boud. Later, toen de kinderen Dien, An en Riek oud genoeg waren, werden ook zij ingeschakeld. Zo hield het gezinnetje het hoofd gedurende de moeilijke crisis- en oorlogsjaren boven water en wist het na de oorlog zelfs een goed leven op te bouwen.
Goei Volk
Goei Volk, het in 2008 verschenen boek over de Nulandse hei, bevat tal van interessante verhalen over de mensen op de hei. Het opmerkelijke levensverhaal van Lamberdina van Dinther (1821-1865) ontbreekt echter. In de nieuwe Spoorzoeker wordt die omissie goedgemaakt en leert de lezer dat het leven van een landloopster in de negentiende niet eenvoudig was.
Verder in deze Spoorzoeker een artikel over de relatie van Nuland met haar buurgemeenten. Een thema dat weer actueel is geworden, nu Maasdonk onderzoekt of ze als zelfstandige gemeente verder kan of toch beter de aansluiting kan zoeken bij een van de buurgemeenten.